Chen Reiss: eindeloos gepassioneerd
Chen Reiss is dit seizoen Artist in Residence bij het Rotterdams Philharmonisch Orkest. De Israëlische sopraan kijkt er enorm naar uit, niet alleen naar de muziek, maar ook naar de klank van het orkest die ze ervaart als een warm bad.
Chen Reiss belt voor het interview vanuit München, de stad waar ze twee keer per maand lesgeeft aan de Hochschule für Musik und Theater. Ze woont in Londen, maar de wereld is haar toneel. En toch voelt ze zich erg Israëlisch, ook al woont ze er al jaren niet meer. ‘Mijn hele familie woont in Israël, ik kom er minstens drie keer per jaar, voor werk en ook privé. Ik heb er een klein appartement. Ik hou absoluut van het strand, het eten, het weer en mijn vrienden en familie.’ Het is negen uur in de morgen, Reiss klinkt fris en opgetogen. Ze heeft net haar kinderen van acht en tien jaar aan de lijn gehad. Die zijn thuis, in Londen. Haar schema zit zorgvuldig in elkaar. ‘Ik ben me zeer bewust hoe bevoorrecht ik ben dat ik zo’n mooi vak mag uitoefenen als ik doe, dat ik muziek kan maken. Ik offer veel op, ik ben weg van huis, terwijl ik echt een familiemens ben. Hierdoor waardeer ik het wel extra dat ik op het podium kan staan. De liefde voor mijn familie en voor mijn vak houdt me gaande. Toewijding, discipline en een goede planning zijn daartoe de sleutel. Tijd is het grootste goed in mijn leven, dat kan niet met geld gekocht worden. De tijd dat ik niet thuis ben, vul ik daarom zo goed en gewetensvol mogelijk in. Het is bijvoorbeeld heel belangrijk dat de sfeer tijdens een repetitie en een concert goed is. Productief, niet per se comfortabel, maar wel prettig. Dat vind ik zo fijn aan Nederland, jullie voelen dat je een goed leven hebt, dat stralen jullie uit.’
Thuis in Nederland
‘Ik voel me thuis in Nederland’, vervolgt Reiss. ‘Wist je dat ik als klein meisje al in Rotterdam kwam? Er woonde verre familie. Ik was dertien of zoiets en zag de stad door de ogen van een kind. Wat ik zie nu ik terug ben, is een stad met een coole vibe, een jonge stad.’ In mei van dit jaar zong ze bij het Rotterdams Philharmonisch Orkest in Mahlers Tweede symfonie. Ze heeft er fijne herinneringen aan en roemt de klank van het orkest. Die is als een warm bad, vindt ze. Dit seizoen is ze in vier verschillende programma’s te horen. ‘In het Rotterdams Philharmonisch luisteren de musici goed naar elkaar en naar de solist. Ze weten wanneer welke instrumentgroep hoorbaar moet zijn en stemmen daar volledig op af. Die Mahler is zeer
complex, het orkest is er niet om te begeleiden maar de spelers en ik zijn elkaars gelijken in dit stuk. En dat voelen ze perfect aan. Ik heb het idee dat de klankmogelijkheden van deze musici oneindig zijn. Als ik naar het Rotterdams luister hoor ik een breed palet aan kleur en dynamiek. Het aardige van de residency – ik voel me zeer vereerd Artist in Residence te mogen zijn – is dat ik met drie verschillende dirigenten zal werken. Ik vind het altijd heel boeiend om te zien hoe een orkest daardoor telkens net iets anders kan klinken.’
De vrouwelijke ziel
‘Ik verheug me op alle komende concerten in Rotterdam, in die zin springen ze er allemaal uit op mijn jaarkalender. Het nieuwjaarsconcert met aria’s van Mozart, heerlijk. Dat is mijn eerste aantreden, straks in januari. De rol van de Contessa in Mozarts Le Nozze di Figaro is fantastisch om te zingen. Mozart begreep de vrouwelijke ziel, in die zin voelen deze rollen heel vertrouwd. En de gevoelens van toen gelden nu nog steeds, natuurlijk. De mens is niet veranderd. Ik vind het ook een leuk idee dat we dat met een vrouwelijke dirigent doen: Kristiina Poska.’ Chen Reiss speelde als kind piano en volgde balletles, maar de stem had uiteindelijk haar grootste interesse. Ze studeerde in New York, haar eerste vaste betrekking had ze bij de Bayerische Staatsoper in München, ook was ze een tijdlang verbonden aan de Wiener Staatsoper. Er is geen muziek die Reiss uitsluit, ze omarmt heel het repertoire, als het maar bij haar stem past. ‘Ik ben altijd zorgvuldig geweest in het kiezen van wat ik zing. Volgens mij is het cruciaal dat je als zanger in elk stadium van je loopbaan, maar vooral in het begin, muziek uitzoekt die je stem aankan. Meermaals in mijn carrière kreeg ik verleidelijke aanbiedingen om mooie rollen te zingen waarvan ik wist dat ze niet goed voor me waren. Het was dan moeilijk om ze af te wijzen, maar ik ben blij dat ik het gedaan heb. Het heeft mijn stem jong gehouden, en fris en flexibel.’ In februari is Chen Reiss terug bij het Rotterdams Philharmonisch met orkestliederen van Richard Strauss. Ook geeft ze een recital met chef-dirigent Lahav Shani, die voor de gelegenheid plaatsneemt achter de vleugel. ‘Die liederen van Strauss heb ik eerder uitgevoerd met Lahav, in Wenen en in Londen. Het recital heeft plaats op 14 februari: een liedavond op Valentijnsdag. Dat is natuurlijk een erg mooie manier om deze dag te vieren. Zo’n 95 procent van het klassieke vocale repertoire gaat over de liefde in alle mogelijke verschijningsvormen. We doen onder meer een selectie uit Schumanns Myrthen die Robert voor zijn vrouw Clara schreef. En Berg straks in de lente, de Sieben frühe Lieder, de kern is wederom de liefde. Dit concert brengen we anders dan anders, in een licht theatrale setting. Het is onderdeel van het festival O, voor opera, muziek en theater. Berg heb ik vaak gezongen,
altijd op traditionele wijze. Maar als ik ergens van hou, is het wel iets nieuws uitproberen.’
Goede vrienden
‘Met Lahav deel ik hetzelfde geboorteland. We zijn goed bevriend en praten Hebreeuws met elkaar. Als je in je moedertaal kunt praten, voelt dat direct en vertrouwd. We kennen elkaar al zo lang, onze ouders kennen elkaar. Mijn moeder zingt in het koor dat Lahavs vader dirigeert. De eerste keer dat we samenwerkten speelde Lahav piano en ik zong. De vriendschap gaat ver terug, ver voor ons beider carrières. Ik vind het mooi om te zien dat de roem Lahav niet heeft veranderd, hij is met beide benen op de grond blijven staan. Voor hem is muziek het enige dat bestaat, en hij wil dat iedereen zich er goed bij voelt. Een repetitie moet een goede sfeer hebben, net als een concert – precies wat ik ook belangrijk vind. Iets van een ontdekkingsreis moet er altijd zijn, iets spontaans, het mag nooit routine worden. Een concert creëer je op het moment zelf. Ik ben eindeloos gepassioneerd over mijn vak. Ik vind lesgeven en repeteren fijn, ik smul ervan om in de bibliotheek muziek door te spitten. Dat geeft me allemaal enorm veel energie. Niet alles lukt altijd, je wordt een keer ziek, de trein rijdt niet; er gebeurt altijd van alles waardoor een planning niet gesmeerd loopt. De kunst is om de juiste balans in de gaten te houden en ervoor te zorgen dat je steeds goed landt. Dat is best moeilijk.’
Streng voor zichzelf
Lesgeven, doorgeven waarvan je zelf houdt, mensen inspireren, Chen Reiss heeft het boven aan haar agenda staan. Ze richtte Sourire Music op en de Holistic Voice Academy, beide opleidingsprogramma’s voor jonge musici en zangers. ‘Ik werk graag met jongeren en er is niets mooiers dan jonge musici een podium, werk, opleiding en ondersteuning te geven. Sourire Music speelt zich af in hartje Parijs, in samenwerking met het charmante Sourire Boutique hotel. We organiseren masterclasses voor zangers en instrumentalisten met beroemdheden als de violisten Hilary Hahn en Bomsori Kim en vele anderen. We geven concerten met jonge musici in het hotel, maar ook in verzorgingstehuizen en ziekenhuizen. De Holistic Voice Academy is een opleidingsprogramma voor zangers waarin alle aspecten van het vak aan bod komen: vocaal, mentaal, fysiek, spiritueel, maar ook carrièremanagement en timemanagement. Het programma vindt plaats in Londen en in ‘Als ik ergens van hou, is het wel iets nieuws uitproberen’ een kasteel in de Loirevallei. Het is een luxe retraite voor zangers, een leuke en constructieve ervaring om je carrière op een evenwichtige en gezonde manier te versnellen.’ Ze vervolgt: ‘Het hebben van kinderen en het lesgeven maken dat ik een betere zangeres ben. Je moet heel geduldig zijn. Voordat ik ouder was en lesgaf, was ik heel streng voor mezelf. Daar wordt een stem niet beter van. Een stem heeft zorg en aandacht nodig, medeleven, passie. Tijdens het lesgeven hoor je waar iemand de mist ingaat, te veel vibrato hier, daar de uitspraak net niet goed… Lesgeven maakt me bewust van hoe ik zelf zing, welke fouten ikzelf ook maak. En trouwens, ik zing altijd over menselijke onderwerpen, over passie, jaloezie, liefde, pijn, alles. Hoe kun je dat allemaal goed uitdrukken als je dat niet zelf meemaakt door volop in het leven te staan?’
Tekst: Frederike Berntsen Foto: Paul Marc Mitchell
Dit artikel verscheen eerder in Intrada, jaargang 2023-24 nr. 4.